KBC Groep: KBC maakt nieuwe kapitaalvereisten van de ECB bekend. Kapitaal KBC blijft ruim boven de minimumvereisten.

Persbericht
Buiten beurstijd - Gereglementeerde informatie*

Brussel, 16 december 2019 (18 uur CET)

KBC maakt nieuwe kapitaalvereisten van de ECB bekend

Kapitaal KBC blijft ruim boven de minimumvereisten

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft KBC op de hoogte gesteld van haar nieuwe minimumkapitaalvereisten. De gezamenlijke CET1-kapitaalvereiste voor de KBC-groep (volgens de Deense compromismethode) steeg van 10,7% tot 11,1%, uitsluitend als gevolg van de hogere contracyclische buffers in enkele kernlanden van KBC.
Op het einde van het derde kwartaal van 2019 bedroeg de CET1-ratio van de KBC-groep 15,4%1, ruim boven de nieuwe CET1-kapitaalvereiste.

Na het Supervisory Review and Evaluation Process (SREP) voor 2019 stelde de ECB KBC formeel in kennis van haar beslissing om

  • de pijler 2-vereiste (P2R) te behouden op 1,75% CET1;
  • de pijler 2-aanbeveling (P2G) te behouden op 1,0% CET1.

De kapitaalvereiste voor de KBC-groep wordt niet alleen bepaald door de ECB, maar ook door de beslissingen van de diverse lokale bevoegde autoriteiten in de kernmarkten van KBC. Een aantal autoriteiten heeft besloten de contracyclische kapitaalbuffers als volgt te wijzigen:

  • een verhoging van de contracyclische kapitaalbuffer in Tsjechië van 1,50% naar 1,75% vanaf 1 januari 2020 en naar 2,00% vanaf 1 juli 2020;
  • een verhoging van de contracyclische kapitaalbuffer in Slovakije van 1,50% naar 2,00% vanaf 1 augustus 2020;
  • een verhoging van de contracyclische kapitaalbuffer in Bulgarije van 0,50% naar 1,00% vanaf 1 april 2020;
  • de invoering van een contracyclische kapitaalbuffer in België van 0,50% vanaf 1 juli 2020.

Dat komt overeen met een aanvullende CET1-kapitaalvereiste van 0,85% op KBC-groepsniveau (tegenover 0,45% voorheen), rekening houdend met alle aangekondigde beslissingen over toekomstige wijzigingen.

De kapitaalbuffers voor Belgische systeembanken bleven ongewijzigd. Voor KBC ligt de vereiste kapitaalbuffer voor andere systeemrelevante instellingen (other systemically important institutions, O-SII) op 1,50%, terwijl de conserveringsbuffer 2,50% bedraagt, zoals bevestigd door de Nationale Bank van België. Die buffers komen boven op de minimale CET1-kapitaalvereiste van 4,5% onder pijler 1.

In totaal brengt dat voor de KBC-groep de CET1-kapitaalvereiste (volgens de Deense compromismethode) op 11,1% (10,7% vorig jaar), met een bijkomende P2G van 1%. KBC overtreft ruim die vereiste: op het einde van het derde kwartaal van 2019 bedroeg de CET1-ratio 15,4%1.

Johan Thijs, CEO van KBC Groep, verklaart: "De beslissing van de ECB bevestigt dat KBC een gemiddeld-laag risicoprofiel heeft en bestand is tegen ongunstige economische omstandigheden. Onze kapitaalpositie is heel stevig. Dat is een geruststellend signaal naar alle stakeholders die ons hun vertrouwen schenken.

KBC zal een dynamische buffer boven de wettelijke minimumvereisten blijven aanhouden. Dat weerspiegelt onder meer hoe wij aankijken tegen een mogelijk ongunstig economisch klimaat, eventuele nieuwe kapitaalvereisten en onze positie ten opzichte van onze sectorgenoten. We hebben onze 'eigen kapitaaldoelstelling' vastgelegd op 14% CET1 en we willen een flexibele buffer tot 1.7% CET1 aanhouden voor eventuele fusies en overnames om onze marktposities in onze kernmarkten te versterken. Samen vormt dat de 'Referentiekapitaalpositie', die 15,7% CET1 bedraagt.

Wij zullen ook blijven focussen op onze sterke fundamenten: een dynamisch klantgericht bankverzekeringsmodel, een gezond risicoprofiel, een stevige liquiditeitspositie, ondersteund door een erg solide en loyale klantendepositobasis in onze kernmarkten en een comfortabele solvabiliteit die ons ruimte geeft voor bijkomende kredietverlening aan onze klanten en een actieve ondersteuning aan de gemeenschappen en economieën waarin we actief zijn en om verder te bouwen aan toekomstgerichte digitale transformatie en oplossingen voor onze klanten.”

Lees het volledige persbericht in de bijlage.




1 15,9% wanneer we het nettoresultaat over de eerste negen maanden van 2019 meetellen, rekening houdend met de uitkeringsratio van 59% (dividend + AT1-coupon) over heel 2018.


Bijlage