Hoofdpunten Q3 2006
* Winst vóór belasting stijgt met ¤ 55 miljoen tot ¤ 237
miljoen, exclusief de voorziening van ¤ 896 miljoen voor de
schikking van de massa-effectenclaim in 2005
* Bedrijfsresultaat stijgt met 7,5% tot ¤ 273 miljoen,
exclusief het effect van de schikking
* Operationele marge Stop & Shop / Giant-Landover arena
omlaag van 5,3% naar 4,4%
* Operationale marge Albert Heijn arena stijgt van 4,3%
tot 6,7%
* Operationele marge USF stijgt van 1,2% tot 1,9%
* ICA: Aholds aandeel in het nettoresultaat stijgt tot ¤
58 miljoen
Amsterdam, 1 december 2006 - Ahold heeft vandaag haar tussentijdse
financiële verslag over de eerste drie kwartalen van 2006
gepubliceerd. "Zoals we verwachtten, bleek het derde kwartaal een
grotere uitdaging dan het tweede kwartaal voor U.S. retail. Dit was
het gevolg van een verhoogde concurrentiedruk en zwakkere economische
omstandigheden, hetgeen leidde tot een druk op de marges. We
verwachten dat het vierde kwartaal een even grote uitdaging zal zijn.
Het bedrijfsresultaat van Albert Heijn liet een sterke verbetering
zien als gevolg van de netto-omzetstijging en kostenbeheersing. In
het algemeen verwachten we dat de onderliggende netto-omzetgroei voor
de retailactiviteiten over het hele jaar onze doelstelling van 2,5%
tot 3% zal overtreffen, dat de onderliggende operationele retailmarge
onderin de 4% tot 4,5% zal uitkomen en dat U.S. Foodservice de
doelstelling van een operationele marge van 1,7% zal bereiken," aldus
Anders Moberg, President en CEO van Ahold.
Financiële prestaties
Derde kwartaal 2006
De netto-omzet bedroeg ¤ 10,3 miljard, een stijging van 0,7%
vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Tegen constante
wisselkoersen steeg de netto-omzet met 3,7%.
Het bedrijfsresultaat steeg met ¤ 915 miljoen tot ¤ 273 miljoen.
Exclusief het effect van de voorziening van ¤ 896 miljoen voor de
schikking van de massa-effectenclaim in 2005 bedroeg de stijging ¤ 19
miljoen ofwel 7,5%. Het bedrijfsresultaat uit retailactiviteiten
steeg met ¤ 12 miljoen tot ¤ 232 miljoen, ofwel een operationele
marge van 3,4%. Dit is een kleine verbetering ten opzichte van vorig
jaar. Het bedrijfsresultaat van U.S. Foodservice steeg met ¤ 24
miljoen tot ¤ 67 miljoen. De operationele marge bedroeg 1,9%,
vergeleken met 1,2% over dezelfde periode vorig jaar. De kosten van
Group Support Office bedroegen ¤ 26 miljoen en vielen daarmee ¤ 20
miljoen lager uit dan vorig jaar, exclusief de schikking van de
massa-effectenclaim en het vrijvallen van ¤ 37 miljoen van een
juridische voorziening in 2005.
De positieve kasstroom vóór financieringsactiviteiten bedroeg ¤ 205
miljoen voor dit kwartaal, ¤ 111 miljoen lager dan vorig jaar,
voornamelijk als gevolg van een afname van de opbrengst uit
desinvesteringen. De nettoschuld bedroeg ¤ 5,1 miljard (¤ 25 miljoen
lager dan aan het einde van het tweede kwartaal van 2006).
Eerste drie kwartalen 2006
De netto-omzet bedroeg ¤ 34,9 miljard, een stijging van 3,6%
vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Tegen constante
wisselkoersen steeg de netto-omzet met 2,6%. Het bedrijfsresultaat
bedroeg ¤ 1,1 miljard. Het bedrijfsresultaat uit retailactiviteiten
steeg met ¤ 139 miljoen tot ¤ 1 miljard, een operationele marge van
4,3%, vergeleken met 3,8% over dezelfde periode vorig jaar. Het
bedrijfsresultaat van U.S. Foodservice steeg met ¤ 101 miljoen tot
¤ 195 miljoen. De operationele marge was 1,7%, vergeleken met 0,8%
over dezelfde periode vorig jaar. De kosten van Group Support Office
bedroegen ¤ 85 miljoen en waren daarmee ¤ 928 miljoen lager dan vorig
jaar. De positieve kasstroom vóór financieringsactiviteiten ten
bedrage van ¤ 685 miljoen was ¤ 968 miljoen lager dan vorig jaar, als
gevolg van de schikking van de massa-effectenclaim en de afname van
de opbrengst uit desinvesteringen,
Prestaties per bedrijfssegment
Stop & Shop / Giant-Landover
De netto-omzet over het derde kwartaal van 2006 bedroeg $ 3,7
miljard, een stijging van 2,1% vergeleken met dezelfde periode vorig
jaar. Op identieke basis daalde de netto-omzet van Stop & Shop met
1,3% (1,8% exclusief de netto-omzet uit hoofde van benzineverkopen)
en daalde deze met 0,5% bij Giant-Landover. Het bedrijfsresultaat
daalde met $ 30 miljoen tot $ 165 miljoen, ofwel 4,4% van de
netto-omzet, voornamelijk als gevolg van de voortgezette negatieve
identieke omzet.
De netto-omzet over de eerste drie kwartalen was met $ 12,6 miljard
0,7% hoger vergeleken met vorig jaar. Op identieke basis daalde de
netto-omzet van Stop & Shop met 1,1% (1,9% exclusief de netto-omzet
uit hoofde van benzineverkopen) en daalde deze met 1,5% bij
Giant-Landover. Het bedrijfsresultaat viel iets hoger uit met $ 677
miljoen, ofwel 5,4% van de netto-omzet.
Giant-Carlisle / Tops
De netto-omzet over het derde kwartaal van 2006 bedroeg $ 1,4
miljard, een stijging van 0,3% vergeleken met dezelfde periode vorig
jaar. Op identieke basis steeg de netto-omzet van Giant-Carlisle met
4,8% (3% exclusief de netto-omzet uit hoofde van benzineverkopen),
terwijl bij Tops sprake was van een daling van 6,2% (7,3% exclusief
de netto-omzet uit hoofde van benzineverkopen). Het bedrijfsresultaat
was $ 38 miljoen hoger dan vorig jaar en kwam uit op $ 17 miljoen,
ofwel 1,2% van de netto-omzet. Exclusief de waardeverminderingen en
boekwinsten op vaste activa was het bedrijfsresultaat lager dan vorig
jaar, voornamelijk als gevolg van de verhoogde concurrentiedruk bij
Tops, met name in noordoost Ohio.
De netto-omzet over de eerste drie kwartalen bedroeg $ 4,6 miljard,
een daling van 3,4% vergeleken met vorig jaar. Op identieke basis
steeg de netto-omzet van Giant-Carlisle met 4,1% (2,2% exclusief de
netto-omzet uit hoofde van benzineverkopen), terwijl bij Tops sprake
was van een daling van 6,1% (7,2% exclusief de netto-omzet uit hoofde
van benzineverkopen). Ten opzichte van vorig jaar steeg het
bedrijfsresultaat met 47,1% tot $ 125 miljoen, ofwel 2,7% van de
netto-omzet. We houden rekening met kosten gerelateerd aan de verkoop
van winkels in noordoost Ohio in het vierde kwartaal.
Albert Heijn
De netto-omzet van de Arena over het derde kwartaal bedroeg ¤ 1,6
miljard, een stijging van 10,3% ten opzichte van dezelfde periode
vorig jaar. Op identieke basis steeg de netto-omzet van Albert Heijn
met 9,2%. Het bedrijfsresultaat van de Arena bedroeg ¤ 107 miljoen,
ofwel 6,7% van de netto-omzet. De stijging van ¤ 45 miljoen ten
opzichte van vorig jaar was te danken aan een verbetering van de
kosteneffectiviteit door hogere omzet en kostenbesparingen bij Albert
Heijn.
De netto-omzet van de Arena over de eerste drie kwartalen bedroeg ¤
5,4 miljard, een stijging van 7,5% ten opzichte van dezelfde periode
vorig jaar. Op identieke basis steeg de netto-omzet van Albert Heijn
met 6%. Het bedrijfsresultaat van de Arena bedroeg ¤ 311 miljoen,
ofwel 5,8% van de netto-omzet, een stijging van 42% ten opzichte van
het voorgaande jaar.
Centraal-Europa
In het derde kwartaal van 2006 daalde de netto-omzet met 2,5% naar
¤ 423 miljoen. Tegen constante wisselkoersen en exclusief het effect
van de wijziging van de verslagperiode van drie maanden naar twaalf
weken nam de netto-omzet toe met 3,6%. Op identieke basis daalde de
netto-omzet van de Arena met 6,1%. De Arena had een gezamenlijk
negatief bedrijfsresultaat van ¤ 31 miljoen, inclusief een
waardevermindering van ¤ 19 miljoen als gevolg van de op 6 november
2006 aangekondigde verkoop van de activiteiten in Slowakije.
In de eerste drie kwartalen bedroeg de netto-omzet ¤ 1,4 miljard,
12,1% hoger dan vorig jaar. Op identieke basis daalde de netto-omzet
van de Arena met 6%. De drie markten hadden een gezamenlijk negatief
bedrijfsresultaat van ¤ 24 miljoen.
Schuitema
De netto-omzet over het derde kwartaal van 2006 steeg met 1,1% tot
¤ 716 miljoen, voornamelijk dankzij een stijging van de identieke
omzet met 1,1%. Het bedrijfsresultaat bedroeg ¤ 12 miljoen, ofwel
1,7% van de netto-omzet. De daling van ¤ 15 miljoen vergeleken met
dezelfde periode vorig jaar is het gevolg van de concurrentiedruk en
een pensioenaanpassing van ¤ 5 miljoen.
De netto-omzet over de eerste drie kwartalen bedroeg ¤ 2,4 miljard,
een stijging van 2,1% vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Op
identieke basis steeg de netto-omzet met 1,8%. Het bedrijfsresultaat
bedroeg ¤ 67 miljoen, ofwel 2,8% van de netto-omzet en was daarmee
vrijwel gelijk aan vorig jaar.
U.S. Foodservice
De netto-omzet over het derde kwartaal van 2006 steeg met 5,0% tot
$ 4,5 miljard. Bij USF Broadline bedroeg de stijging 4,3% en bij
North Star Foodservice 9,6%. De groei van de netto-omzet werd
negatief beïnvloed met ongeveer 0,7% als gevolg van het feit dat
afstand werd gedaan van het belang in Sofco in het derde kwartaal van
2005. Het bedrijfsresultaat bedroeg $ 85 miljoen, ofwel een
operationele marge van 1,9%, vergeleken met 1,2% over dezelfde
periode vorig jaar. De verbetering was voornamelijk het gevolg van
een verbeterde brutomarge, de voortgezette operationele
kostenefficiency en kostenreducties. Het resultaat van $ 15 miljoen
uit de verkoop van het Columbia Head Office en andere activa werd
nagenoeg teniet gedaan door een toename van prestatiegerelateerde
reserveringen als gevolg van de sterke onderliggende prestaties. Het
bedrijfsresultaat van USF Broadline bedroeg $ 89 miljoen, een
operationele marge van 2,3%, vergeleken met 1,6% in dezelfde periode
vorig jaar. Het negatieve bedrijfsresultaat van North Star
Foodservice bedroeg $ 4 miljoen, een operationele marge van 0,6%
negatief, vergeleken met 1,3% negatief in dezelfde periode vorig
jaar.
De netto-omzet over de eerste drie kwartalen steeg met 3,7% tot
$ 14,8 miljard; bij USF Broadline bedroeg de stijging 3,4% en bij
North Star Foodservice 5,9%. De groei van de netto-omzet werd
negatief beïnvloed met ongeveer 1% als gevolg van het feit dat
afstand werd gedaan van het belang in Sofco in het derde kwartaal van
2005. Het bedrijfsresultaat over de eerste drie kwartalen van 2006
bedroeg $ 244 miljoen, een operationele marge van 1,7% vergeleken met
0,8% over dezelfde periode vorig jaar. Het bedrijfsresultaat van USF
Broadline over de eerste drie kwartalen van 2006 bedroeg $ 255
miljoen, een operationele marge van 2%, vergeleken met 1,1% in
dezelfde periode vorig jaar. Het negatieve bedrijfsresultaat van
North Star Foodservice over de eerste drie kwartalen van 2006 bedroeg
$ 11 miljoen, een operationele marge van 0,5% negatief, vergeleken
met 0,7% negatief in dezelfde periode vorig jaar.
Niet-geconsolideerde joint ventures en geassocieerde deelnemingen
De netto-omzet over het derde kwartaal van 2006 steeg met 6,4% (6%
tegen constante wisselkoersen). Aholds aandeel in het nettoresultaat
steeg met 63% tot ¤ 67 miljoen, gestimuleerd door ICA, waar Aholds
aandeel in het nettoresultaat met ¤ 30 miljoen steeg tot ¤ 58 miljoen
door verbeterde marges, een sterke netto-omzet van ICA Zweden en
boekwinst op de verkoop van ICA Meny.
Over de eerste drie kwartalen steeg de netto-omzet met 3,7% (3,9%
tegen constante wisselkoersen). Aholds aandeel in het nettoresultaat
steeg met 59% tot ¤ 140 miljoen, gestimuleerd door ICA, waar Aholds
aandeel in het nettoresultaat met ¤ 55 miljoen steeg naar ¤ 120
miljoen.
Ahold Press Office: +31 (0)20 509 5343
Overige informatie
Ahold heeft een mededeling ontvangen van Aegon Custody B.V. dat zij
haar cumulatief preferente financieringsaandelen wenst om te zetten
in gewone aandelen. Het exacte aantal aandelen wordt nog vastgesteld,
hoewel het maximaal aantal gewone aandelen voortvloeiend uit de
conversie 30.494.291 zal bedragen, zoals goed bevonden door de
algemene vergadering van aandeelhouders op 3 maart 2004.
Alternatieve financiële prestatie-indicatoren:
* Netto-omzet tegen constante wisselkoersen. In bepaalde
gevallen wordt de netto-omzet gepresenteerd exclusief de invloed
van verschillende wisselkoersen bij de omrekening van de financiële
informatie van bepaalde buitenlandse dochtermaatschappijen van
Ahold in euro's. Voor vergelijkingsdoeleinden wordt de financiële
informatie over het voorgaande jaar aangepast op basis van de
gemiddelde wisselkoersen gedurende het derde kwartaal van 2006.
Hierdoor wordt inzicht gegeven in dit wisselkoerseffect. In
bepaalde gevallen wordt de netto-omzet in lokale valuta
gepresenteerd. Het management is van mening dat hierdoor een beter
inzicht wordt gegeven in de operationele prestaties van
buitenlandse dochterondernemingen.
* Identieke omzet exclusief de netto-omzet uit benzineverkopen.
Omdat de benzineprijzen recent onderhevig zijn geweest aan een
hogere inflatie dan de prijzen van voedingsmiddelen, is het
management van mening dat door de netto-omzet uit hoofde van
benzineverkopen buiten beschouwing te laten een beter inzicht wordt
gegeven in de recente invloed van de netto-omzet uit hoofde van
benzineverkopen op Aholds identieke omzet.
* (Negatief) bedrijfsresultaat in lokale valuta. In bepaalde
gevallen wordt het bedrijfsresultaat in lokale valuta
gepresenteerd. Het management is van mening dat hierdoor een beter
inzicht wordt gegeven in de operationele prestaties van
buitenlandse dochterondernemingen.
* Winst (of verlies) vóór belasting, exclusief het effect van
de schikking van de massa-effectenclaim. Het management is van
mening dat het uitsluiten van de effecten van de schikking van de
massa-effectenclaim betere vergelijking mogelijk maakt met
voorgaande periodes waardoor beter inzicht wordt geboden in de
operationele prestaties van Ahold.
* Bedrijfsresultaat, exclusief het effect van de schikking van
de massa-effectenclaim. Het management is van mening dat het
uitsluiten van de effecten van de schikking van de
massa-effectenclaim betere vergelijking mogelijk maakt met
voorgaande periodes waardoor beter inzicht wordt geboden in de
operationele prestaties van Ahold.
Dit persbericht dient te worden gelezen in combinatie met Aholds
tussentijdse financiële verslag over de eerste drie kwartalen van
2006, dat beschikbaar is op www.ahold.nl. Dit persbericht bevat
bepaalde alternatieve financiële prestatie-indicatoren, waaronder de
nettoschuld, die in het tussentijdse financiële verslag verder worden
toegelicht. De in dit bericht verstrekte gegevens zijn niet aan
accountantscontrole onderworpen en zijn opgesteld in overeenstemming
met IFRS. Indien de Nederlandse vertaling van dit persbericht afwijkt
van de Engelse versie, dan is de Engelse versie leidend.
Waarschuwing
Bepaalde uitspraken in dit winstbericht zijn 'forward-looking
statements' in de zin van het Amerikaanse effectenrecht. Deze
uitspraken omvatten, maar zijn niet beperkt tot, uitspraken over
verwachtingen betreffende uitdagingen voor het vierde kwartaal van
2006, waaronder uitdagingen wat betreft concurrentie en economische
omstandigheden, en verklaringen met betrekking tot de verwachtingen
voor de onderliggende groei van de netto-omzet voor de
retailactiviteiten, de operationele retailmarges en de operationele
marge van U.S. Foodservice over het hele jaar 2006. Deze
forward-looking statements zijn onderhevig aan risico's, onzekerheden
en andere factoren waardoor de werkelijke resultaten aanmerkelijk
kunnen verschillen van de toekomstige resultaten die tot uitdrukking
zijn gebracht in de forward-looking statements. Veel van deze
risico's en onzekerheden hebben betrekking op factoren die voor Ahold
niet beheersbaar en evenmin exact voorspelbaar zijn, zoals het effect
van algemene economische of politieke omstandigheden, wisselkoers- en
renteschommelingen, de toename van of veranderingen in de
concurrentie in de markten waarin Aholds dochtermaatschappijen en
joint ventures opereren, de gedragingen van Aholds concurrenten,
joint venture partners, leveranciers, vakbonden, aannemers en andere
derden, de gedragingen van Aholds klanten, inclusief hun acceptatie
van Aholds plannen en strategieën, Aholds mogelijkheden om haar
plannen en strategieën succesvol te implementeren en af te ronden en
om haar doelstellingen te realiseren, inclusief haar mogelijkheden
kosten te verlagen of kostenbesparingen te realiseren, tegenvallende
of andere dan verwachte voordelen van en middelen uit Aholds plannen
en strategieën, de kosten of andere resultaten van lopende of
toekomstige onderzoeken of juridische procedures, de maatregelen van
justitiële, toezichthoudende en overheidsinstanties en derden evenals
Aholds mogelijkheden om verweer te voeren met betrekkking tot zulke
onderzoeken en procedures, Aholds mogelijkheden om voorgenomen
desinvesteringen af te ronden op voor Ahold aanvaardbare voorwaarden,
veranderingen in Aholds liquiditeitsbehoeften, maatregelen van Aholds
aandeelhouders, onverwachte onderbrekingen van Aholds activiteiten,
inclusief onderbrekingen als gevolg van werkstakingen en
-onderbrekingen of andere soortgelijke onderbrekingen, verhogingen
van de kosten van gezondheidszorg, pensioenen of verzekeringen,
verhogingen van energie- en transportkosten, enige vertraging in de
groei van onafhankelijke restaurants, snelle schommelingen in de
kosten van producten voor wederverkoop, waarbij dergelijke kosten
niet tijdig kunnen worden doorgegeven aan Ahold-klanten, Aholds
mogelijkheden om personeel op sleutelposities aan te trekken en te
behouden, alsmede andere factoren zoals besproken in documenten die
in Aholds naam in openbare registers zijn neergelegd. Veel van deze
en andere risicofactoren worden toegelicht in die documenten. Lezers
wordt geadviseerd behoedzaam om te gaan met deze forward-looking
statements, die uitsluitend geacht worden te zijn gedaan per de datum
van dit persbericht. Ahold neemt, tenzij daartoe gehouden ingevolge
toepasselijk effectenrecht, geen verplichting op zich om enige
gewijzigde forward-looking statement te publiceren naar aanleiding
van gebeurtenissen of omstandigheden die zich voordoen na de datum
van dit persbericht. Buiten Nederland presenteert Koninklijke Ahold
N.V. - dat is haar statutaire naam - zich onder de naam 'Royal
Ahold' of kortweg 'Ahold'.
Open onderstaande links voor het Interim Financial Report Q3 2006 en
het Q3 2006 resultaten persbericht.