Door Gilles Moëc, AXA Group Chief Economist en Head of AXA IM Research
Op dit moment lijkt het erop dat de Republikeinen een “grand slam” zouden kunnen behalen: de overwinning van het presidentschap en de controle over de Senaat, en tegelijkertijd de nipte meerderheid in het Huis van Afgevaardigden behouden. Voor deze laatste zullen de definitieve resultaten enige tijd op zich laten wachten, maar voorlopig lijken de Republikeinen redelijk succesvol hun "risicovolle" zetels te verdedigen. Een dergelijke situatie zou Trump in staat stellen en aanmoedigen om zijn programma snel door te voeren (na de tussentijdse verkiezingen van 2026 zal zijn partij zich volledig richten op zijn opvolging).
Met een krappe meerderheid in het Huis hebben de begrotingsconservatieven binnen de Republikeinse Partij de mogelijkheid om Trump’s plannen te temperen – die, volgens het Penn-Wharton-budgetmodel, in hun huidige vorm het tekort jaarlijks met bijna 2% van het BBP zouden vergroten. Maar (I) als Trump wordt “tegengehouden” met belastingen – wat uiteraard ook zou gebeuren als de Democraten het Huis zouden behouden – zou hij kunnen proberen dat te compenseren door volledig in te zetten op de invoerrechten (waar hij wel controle over heeft) en immigratie (idem), of (II) hij zou terughoudende Republikeinen kunnen proberen te overtuigen met de inkomsten uit de invoeerrechten als financieringsbron voor zijn belastingverlagingen. In beide gevallen leidt dit tot hogere rentetarieven en toenemende inflatie door onderdrukking van de immigratie (zonder netto-instroom die vorig jaar gelijk was aan 2% van de beroepsbevolking, was de inflatie in de VS niet afgezwakt) en de tarieven, en/of een aanzienlijke toename van het aanbod van staatsobligaties.
In Europa zal de Europese Centrale Bank (ECB) als gevolg hiervan haar renteverlagingen moeten versnellen. Het is onwaarschijnlijk dat de economie zich zal verbeteren, omdat exportbedrijven mogelijk een afwachtende houding aannemen. De 10% tariefsverhoging op Europese producten is waarschijnlijk beheersbaar, maar de 60% tariefverhoging op Chinese producten kan zeer ontwrichtend zijn, omdat dit de Chinese vraag kan verminderen, een sterke devaluatie van de yuan kan uitlokken en/of Chinese producenten ertoe kan aanzetten agressiever te concurreren met Europese leveranciers buiten de Amerikaanse markt. De prijsvolatiliteit van de energie kan ook tot onzekerheid leiden, nu het risico op escalatie in het Midden-Oosten is toegenomen.
Europese nationale regeringen zijn niet ideaal gepositioneerd om geruststelling of heldere antwoorden te bieden; zowel Frankrijk als Duitsland kampen met binnenlandse politieke moeilijkheden, en de populistische partijen in de EU zullen proberen er hun voordeel te doen. De ECB is de enige Europese instelling die in deze context snel kan reageren.
Bovendien hebben we recent een zekere overdracht van langetermijnrentes in de VS op Europese rendementen waargenomen, wat niet gunstig is voor de Europese fiscale situatie. Dit is een andere reden waarom de ECB sneller de rente zal moeten verlagen. Gelukkig lijkt het erop dat zelfs de haviken binnen de ECB van toon veranderen.
Zo is de “Trump Trade” – hogere rentes en een sterkere dollar – al in volle gang op de markten, en terecht, naar mijn bescheiden mening.