T. Rowe Price over emerging markets etiketten

Door Scott Berg, portefeuillebeheerder van het T. Rowe Price Global Growth Equity Fund

Scottberg
Scott Berg

De term opkomende markten verwijst tegenwoordig meer naar een benchmark-classificatie dan naar een gemeenschappelijke onderliggende realiteit. De verschillen in fundamentele kenmerken tussen de opkomende markten zijn in twee decennia nooit zo groot geweest en het punt waarop de onderlinge correlatie maximaal was, zoals in de dagen van de BRIC’s, ligt al geruime tijd achter ons.

Daar zijn allerlei redenen voor, maar de belangrijkste is dat de industrialisatie van China een nieuwe fase is ingegaan. Daarmee is een einde gekomen aan de supercyclus in grondstoffen die als neveneffect een hoge correlatie tussen China en de belangrijkste grondstoffenproducenten in de opkomende wereld had. Bovendien wordt structurele exportgroei van de opkomende wereld ook geremd doordat de groei in de ontwikkelde wereld sinds 2008 hapert.

In plaats van te hopen op een terugkeer van die goede oude tijden is het, om succesvol te beleggen, van belang de verandering in de opkomende wereld in al zijn dimensies te begrijpen. Terwijl de economische groeikenmerken van de ontwikkelde markten vrij dicht bij elkaar liggen – met het ontbreken van hoge groei als gemeenschappelijke factor – kennen de opkomende markten een grote diversiteit.

De grootste tegenstelling is misschien die tussen Rusland en de Filippijnen. De Russische economie heeft te kampen met een zwakke groei op korte termijn die gedeeltelijk het gevolg is van zijn zware afhankelijkheid van energie. Ook de binnenlandse consumptie groeit nauwelijks, terwijl de bevolking vergrijst in een tempo dat niet veel afwijkt van dat in Japan. Terwijl de energieprijzen altijd zullen fluctueren met de economische cyclus, is deze vergrijzing een onmiskenbare tegenwind voor de lange termijn.

Het contrast met de Filippijnen kan haast niet groter zijn. Zeker, beide landen vallen onder de brede noemer “politiek risico”, doordat beide worden geleid door een sterk nationalistische en in het buitenland omstreden president. Maar daar houdt de vergelijking op. Waarom? Omdat de Filippijnse economie veel minder conjunctuurafhankelijk is, doordat deze vooral op de binnenlandse consumptie gericht is en de Filippijnen zelf nauwelijks grondstoffen hebben. Verder heeft het land de luxe dat het in demografisch opzicht een van de meest bevoorrechte economieën is.

Er zijn nog tal van andere voorbeelden. Neem Brazilië en Zuid-Afrika, waar ingrijpende structurele hervormingen de afgelopen jaren zijn uitgebleven doordat politieke inertie het won van de noodzakelijke aanpassing aan de economische tijden. Vergelijk ze met India en Indonesië, waar de regeringen serieuze pogingen doen om te hervormen, ondanks de wereldwijde economische onzekerheid.

In India staan de structurele hervormingen die premier Narendra Modi ondanks tegenslagen en scepsis heeft doorgevoerd, aan de basis van het herstel dat de Indiase aandelenkoersen tot dusver in 2017 hebben laten zien. De intrekking en vervanging van de “grote” bankbiljetten, bedoeld om de integriteit van India’s monetaire basis te waarborgen, heeft zijn weerslag op de economie gehad maar niet de door velen voorspelde crisis veroorzaakt. Nu de operatie grotendeels voltooid is en er bovendien een nationaal plan voor belastingvereenvoudiging op stapel staat, is er goede kans dat de kredietgroei en economische activiteit in India dit jaar weer versnellen. Wij waren al overwogen in India en hebben onze posities, voornamelijk in bank- en consumentenaandelen, uitgebreid.

Kortom, de markt dol is op etiketten zoals ‘fragiele vijf’ of ‘BRIC’s’. Maar om het kaf van het koren te kunnen scheiden, is het cruciaal zich te verdiepen in de complexe realiteit die achter deze verzamelbegrippen schuilgaat. Wie nog niet overtuigd is, zou eens moeten kijken naar de verandering in de groei, de inflatie en het dubbele tekort van de “fragiele vijf” vergeleken met drie jaar geleden. Dat bewijst dat geen enkel etiket, hoe pakkend ook, recht doet aan de complexe werkelijkheid, zeker op lange termijn.