Twee jaar geleden lanceerde China een nieuw ontwikkelingsparadigma

Chinese aandelen kunnen in het derde kwartaal andere grote markten overtreffen

Door Redmond Wong, marktstrateeg Groot-China, Saxo Bank

China's exportgerichte groeimodel loopt na vier succesvolle decennia op zijn einde. Twee jaar geleden bepleitte secretaris-generaal Xi Jinping een nieuw ontwikkelingsparadigma. China bevindt zich nog steeds in een overgangsfase.

Een van de aspecten van het nieuwe ontwikkelingsmodel is China meer zelfvoorzienend te maken, niet enkel op het vlak van voedsel- en energiezekerheid, maar ook door het belang van de uitvoer van producten van OEM's (original equipment manufacturers) met een lage toegevoegde waarde terug te schroeven en tegelijk de importsubstitutie en de export van vervaardigde producten met een 'killer technology' en met een hoge toegevoegde waarde op te drijven. Xi stelde vast dat het ontwikkelingsmodel van China als 'fabriek van de wereld', dat berust op arbeidsintensieve maakindustrie, invoer van materialen en uitvoer naar overzeese markten, zijn grenzen heeft bereikt en niet meer voldoet te midden van de opkomende internationale trend van deglobalisering.

Met een laag vruchtbaarheidscijfer en een vergrijzende bevolking heeft de Chinese beroepsbevolking in 2015 haar piek bereikt en vertonen de arbeidskosten een stijgende trend. Ik voeg daar nog aan toe dat het op export gerichte groeimodel na vier succesvolle decennia op zijn einde loopt.

Een kernbegrip van het nieuwe ontwikkelingsparadigma van Xi is 'dubbele roulatie', een combinatie van binnenlandse en internationale roulatie. Door de binnenlandse vraag aan te wakkeren en de productie en de bevoorradingsketen te optimaliseren, zal de binnenlandse roulatie naar verwachting de belangrijkste motor van de economie worden, terwijl aan de internationale roulatie een aanvullende rol is toebedeeld.

In geval van extreme tegenspoed moet de bevoorradingsketen van sleutelelementen die van cruciaal belang zijn voor de nationale veiligheid, kunnen functioneren in een gesloten binnenlands circuit.

Andere belangrijke aspecten van het nieuwe ontwikkelingsmodel zijn onder meer de versterking van de positie van staatsbedrijven en de 'reële economie', vooral dan de maakindustrie en de landbouw. Eind 2020 en gedurende heel 2021 is China vervolgens begonnen aan een harde aanpak van machtige private ondernemingen in de internet- en platformeconomie, evenals van vastgoedondernemingen met een te grote schuldgraad en speculatieve vastgoedactiviteiten. Xi verklaarde in december 2021 dat privaat kapitaal moest krimpen of groeien volgens de waarschuwingssignalen die de CCP (Communistische Partij van China) uitstuurt.

Tijdens een studiesessie van het Politbureau van de CCP in april 2022 herhaalde hij de noodzaak van strenger toezicht op monopolistisch en concurrentieverstorend gedrag en van een aanpak van de ongeregelde expansie van privaat kapitaal. ​

De ontwikkeling van de landbouw en de plattelandsgebieden en de bevordering van het welzijn van de landbouwers zijn cruciale aspecten van het nieuwe ontwikkelingsmodel. Volgens XI zullen die uiterst nuttig zijn voor het bereiken van voedselzekerheid, het stimuleren van de binnenlandse consumptie en het bevorderen van de gemeenschappelijke welvaart. In het licht van het nieuwe ontwikkelingsparadigma zal de focus op verstedelijking zich voortaan uitbreiden tot provinciehoofdsteden in de plattelandsgebieden. ​

Een rit op hobbelig terrein

De structurele haussemarkt voor energie, industriële metalen en graan verslechtert de ruilvoet van China. China importeert 73 procent van zijn verbruikte ruwe olie, 41 procent van aardgas, 8 procent van steenkool, 20 procent van granen en tal van andere industriële metalen, terwijl het hoofdzakelijk vervaardigde consumptiegoederen exporteert. De mogelijke verdere verslechtering van de ruilvoet zal een negatieve druk uitoefenen op de Chinese handelsbalans, de groei van het bbp en de operationele marges van de bedrijven.

Een ander risico dat boven de Chinese economie en het bedrijfsleven en ook boven het beleggersvertrouwen blijft hangen, is het zero-coronabeleid van China. Zolang het onwaarschijnlijk is dat de Chinese overheid het zero-coronabeleid zal laten varen vóór het 20e jaarlijkse nationale congres van de CCP (het Partijcongres) eind oktober of begin november, of zelfs vóór de twee zittingen van de Chinese regering in maart 2023, zal de trein van de economie zich blijven voortbewegen over hobbelig terrein.

Meer stimuli

Nu het zo belangrijke Partijcongres binnen minder dan zes maanden in aantocht is, blijft het handhaven van de stabiliteit de allerhoogste prioriteit voor Xi en de Chinese overheid.

Dit betekent echter niet noodzakelijk dat China alles uit de kast zal halen om de economische groei te stimuleren. Behoud van stabiliteit is in feite codetaal voor het behoud van de legitimiteit van de blijvende eenpartijheerschappij van de CCP over China. Gemeenschappelijke welvaarten de bestrijding van corruptie, armoede en vervuiling zijn een paar elementen van het behoud van stabiliteit in Xi's taxonomie. ​ Het nieuwe ontwikkelingsmodel dat in 2020 werd ingevoerd, blijft prominent aanwezig in de grote visie van Xi en dus in de beleidsformulering.

Er zijn stimuleringsmaatregelen uitgerold en er komen er nog meer op het vlak van het monetair beleid, het fiscaal beleid, de versoepeling van het harde optreden tegen de vastgoedsector en de betere zichtbaarheid van de regelgeving voor de internetsector, maar de omvang en het tempo ervan zullen worden afgetoetst.

De Chinese overheid hoedt zich ervoor om een nieuwe ronde van buitensporige hefboomwerking en speculatieve zeepbellen te ontketenen met grootschalige monetaire versoepeling of het opnieuw opblazen van de vastgoedzeepbel. Een nieuwe configuratie van het evenwicht tussen staats- en privaat kapitaal is een centraal principe van de ideologie van de CCP onder secretaris-generaal Xi. De Chinese overheid zal waarschijnlijk zorgen voor meer zichtbaarheid en richtlijnen en zal een aantal onzekerheden inzake de regelgeving voor internet- en e-commercegiganten wegnemen. Het is echter zeer onwaarschijnlijk dat de regelgeving aanzienlijk zal worden teruggedraaid.

De weg van de minste weerstand die China moet bewandelen om zijn economie te stabiliseren en de werkloosheid onder controle houden, bestaat in infrastructuuruitgaven. In april heeft Xi opgeroepen tot het bouwen van meer infrastructuur, vooral dan voor vervoer, energie, wateropslag, 5G, cloud computing en datacenters, zeer hoge spanning, artificiële intelligentie en het industriële 'internet of things'.

Potentiële bovenmaatse prestaties in het derde kwartaal, maar wel nog steeds in een baissemarkt

Divergentie in het beleid, een soepele houding en weinig veeleisende waardering kunnen wijzen in de richting van mogelijke bovenmaatse prestaties van Chinese aandelen in het derde kwartaal in vergelijking met andere grote markten. Er kunnen zich in de komende maanden oplevingen van verhandelbare effecten voordoen waarvan traders kunnen profiteren. China bevindt zich echter nog steeds in de overgangsfase naar een nieuw ontwikkelingsmodel. Het heeft te kampen met een verslechterende ruilvoet, steeds krappere wereldwijde financiële voorwaarden en een tragere wereldeconomie, en het staat voor een onzekere ontwikkeling op het vlak van pandemiebeheersing. Chinese aandelen kunnen zich nog steeds in een baissemarkt bevinden en langetermijnbeleggers moeten geduld oefenen bij het opbouwen van hun posities.