Armageddon tegen de inflatie terroriseert de markten

Dnca header

Thomas Planell, Beheerder - Analist bij DNCA

Verkochten de markten de huid van de inflatie voordat ze geschoten was? Daar lijkt het wel op, want ondanks de bedarende olieprijs zet het algemene prijsniveau zijn klim verrassend sterk voort. En ondanks de stijgende rente toont de arbeidsmarkt geen tekenen van verzwakking in de Verenigde Staten. Ze ondersteunt de consumptie, die op haar beurt de zogenaamde “core” inflatie voedt. En die is veel hardnekkiger en gevaarlijker. Kopzorgen dus voor Powell, die terugdenkt aan het hindernissenparcours van Volcker en beseft dat het moeilijkste nog moet komen…

In mei 1980 stijgt de werkloosheid 1% als gevolg van de renteverhoging. De sociale en politieke druk wordt onhoudbaar en de voorzitter van de Federal Reserve zwicht. Hij krabbelt terug, maar de inflatie piekt tot 15%. Een strategische vergissing: de inflatieverwachtingen ontsporen, de prijsstijging zwakt niet af.

De vernietigende brand houdt aan, water volstaat niet, de verstikking heeft geen effect. Volcker staat met de rug tegen de muur en ziet nog maar één oplossing: een explosie. Hij verzadigt de ruimte met zuurstof en brengt de rente op 20%. Door de toevoer aan verse lucht wordt de brand een zodanig inferno dat er niets meer te verbranden valt (de daaropvolgende recessie in 1981 is een van de diepste ooit). Alles is weg, de lucht en de materie. De inflatie valt terug samen met de economische krimp. De brand is gedoofd bij gebrek aan zuurstof en brandstof, maar het gebouw is verwoest.

We moeten niet geloven dat de beleidsrente op zich het einde van de inflatie kan bewerkstelligen.

Als we het monetair beleid met een kanon vergelijken, dan is de rente het buskruit. De huls is de recessie, de werkloosheid de granaatkop. Enkel de combinatie van de drie kan een doelwit treffen.

Tot nu toe hebben de centrale banken met losse flodders geschoten. De al bij al forse renteverhoging was een relatief pijnloos waarschuwingsschot voor de economie, een intimiderend manoeuvre zoals Russische Migs of Soechojs boven de Baltische zee, bedoeld om de economie tot een zachte landing te dwingen.

Maar de cijfers van deze week geven aan dat er voortaan met scherp moet worden geschoten.

Volgens Olivier Blanchard is de werkloosheidsdrempel waarboven de inflatie niet meer stijgt (de fameuze NAIRU voor “non accelerating inflation rate of unemployment”) 5% in de Verenigde Staten, wegens de historische kloof tussen het overschot aan werkaanbiedingen tegenover de vraag (meer dan 5 miljoen).

Volgens de voormalige hoofdeconoom van het IMF zal de werkloosheid (momenteel 3,6%) ten minste 6% moeten bedragen wil de FED de inflatie onder de knie krijgen.

Sinds dinsdag beseffen de beleggers dat er voor de centrale banken niets anders opzit dan een armageddon tegen de inflatie. Zij zullen hun verwachtingen van de finale rente wellicht moeten bijstellen (vandaag verwacht rond 2,5% voor de ECB en tussen 4 en 5% voor de FED tegen eind 2022) en tegelijk hun winstverwachtingen matigen. Nu de bewustwording van een ernstig recessiescenario groter wordt, is een paradoxale opvering van de waardering van aandelen niet uitgesloten naarmate de winstverwachtingen wegzakken en de risicopremies stijgen. Dat is het zogenaamde “Molodovsky-effect” dat we vaak zien in de aanloop naar het echte dieptepunt van een bear market …