Coline PAVOT, Head of ESG Research bij La Financière de l'Echiquier.
Terwijl de toepassing van ESG-criteria in Europa steeds meer ingang vindt, groeit aan de andere kant van de Atlantische Oceaan een verhit debat: ondanks de steeds tastbaardere gevolgen van de klimaatverandering heeft duurzame financiering nog nooit zo onder vuur gelegen. Het epicentrum van de beweging ligt in het zuiden van de Verenigde Staten, waar, tegen de achtergrond van een verwachte verkiezingscampagne, het debat woedt rond progressieve ideeën en zowel gesproken wordt over rechten van minderheden als over energietransitievraagstukken. Hier een blik op de redenen achter een "anti-ESG" kruistocht die nog steeds golven maakt.
Dit debat is bovenal politiek en laat zien hoe moeilijk het is voor de particuliere sector, en met name voor de financiële sector, om sneller dan de samenleving vooruitgang te boeken op het gebied van duurzaamheid. Het confronteert de realiteit op het terrein met wenselijke toekomstbeelden die soms met elkaar in strijd zijn. "Onze missie is om de stem van burgers (...) in de Amerikaanse economie te herstellen door bedrijven aan te sporen zich te richten op uitmuntendheid in plaats van op politiek", aldus het kamp dat tegen de opname van ESG-criteria is. De Republikeinse gouverneur van Florida ging zelfs zover dat hij "het gebruik van de economische macht van het grootkapitaal om politici maatregelen op te leggen die zij niet via de stembus konden verkrijgen" aan de kaak stelde. Deze situatie illustreert hoe moeilijk het is voor financiële spelers om hun rol te spelen in de financiering van de transitie zonder de steun van een duidelijk overheidsbeleid.
Dit verzet wordt op juridisch niveau georganiseerd. Florida, dat een alliantie van 18 staten aanvoert, heeft onlangs een wet aangenomen die het gebruik van ESG-criteria bij overheidsinvesteringen, uitgifte van obligaties en het aankoopbeleid van staten en gemeenten verbiedt. Vooral de financiële sector is het doelwit geweest, met boycots van grote instellingen als BlackRock en JP Morgan, die ervan beschuldigd werden zich te veel zorgen te maken over het klimaat of de strijd tegen vuurwapens. Onder deze druk breken sommige instellingen, zoals de op één na grootste vermogensbeheerder ter wereld, Vanguard, die zich heeft teruggetrokken uit de financiële klimaatcoalitie Net Zero Alliance. Dit ideologische getouwtrek speelt zich ook af op de algemene aandeelhoudersvergaderingen van bedrijven. In 2023 is het aantal voorgestelde aandeelhoudersresoluties tegen de sociale of milieuambities van ondernemingen nog nooit zo hoog geweest.
In dit debat staan twee visies op de economie en de rol van ondernemingen tegenover elkaar. Enerzijds zijn er de verdedigers van een Friedmaniaanse visie2 voor wie het doel van maatschappelijk verantwoord ondernemen het verhogen van de winst is, en die van een Freemaniaanse visie, voor wie rekening moet worden gehouden met alle belanghebbenden. Dit oude debat is vergelijkbaar met het huidige, waarin financiële materialiteit tegenover duale materialiteit staat, en bijgevolg vragen oproept over het concept fiduciaire plicht: voor de ESG-tegenstanders hoeven spaarders niet te “betalen om de wereld te redden”; voor anderen, in de woorden van de emblematische Paul Polman, "kunnen bedrijven niet slagen in falende samenlevingen".
Liggen de wortels van het probleem niet nog dieper? Bevorderd door de groeiende erkenning van ESG-criteria, stellen progressieve ideeën een productiemodel op basis van fossiele brandstoffen ter discussie. Het is geen toeval dat de landen in het Zuiden het meest gemobiliseerd zijn. Hun welvaart en banen zijn afhankelijk van deze energiebronnen. Het boycotten van fossiele brandstoffen komt neer op het plaatsen van een zwaard van Damocles over deze staten en hun bevolking, die buiten het (rechtvaardige) transitiebeleid lijken te vallen. Het succes van het transitiebeleid hangt echter af van de aanvaardbaarheid van de maatregelen van de regeringen, die moeten anticiperen op de gevolgen van potentieel radicale beslissingen, met name voor de werkgelegenheid... wat hier niet het geval lijkt te zijn.
Vanuit Europa gezien hebben de Verenigde Staten onlangs op federaal niveau zeer genereuze maatregelen ingevoerd om investeringen in koolstofarme technologieën te ondersteunen via de IRA1, maar deze beweging is zorgwekkend vanwege het radicale karakter ervan. Zij zou ons de ogen moeten openen voor de mogelijke gevolgen van een transitiebeleid dat geen rekening houdt met de problemen ter plaatse en de zorgen van de plaatselijke bevolking. Als verantwoordelijke beleggers blijven wij bijzonder waakzaam en streven wij er met ons engagement naar om de ondernemingen waarin wij beleggen, bewuster te maken.