Beleggen is onderhevig aan vele psychologische valkuilen

Auteur: Guido Baltussen, Senior Quantitative Strategist, Quantitative Research & Strategy bij NN Investment Partners

Psychologische valkuilen kunnen leiden tot inefficiënt beleggersgedrag maar ook soms tot voorspelbare (en dus uitbuitbare) patronen in financiële markten. Het moeilijke is echter dat vele valkuilen vaak geen 'duidelijk ondoordachte beslissingen' zijn, maar juist beslissingen zijn die heel logisch lijken op het moment dat we ze nemen. De wetenschap van de 'Behavioral Finance' bestuurt deze valkuilen en probeert oplossingen aan te dragen. In deze column zal ik ingaan op een van de belangrijkste valkuilen in financiële markten; de 'overconfidence bias'.

Guidobalthussen
Guido Balthussen

Stel je voor dat je in een zaal zit met collega's en dat je gevraagd wordt in te schatten of je een beter dan gemiddelde, gemiddelde of slechter dan gemiddelde autorijder bent dan de doorsnee persoon in de zaal. Ook al ken je misschien niet alle rij capaciteiten van je collega's in de zaal, probeer toch je beste inschatting te geven. Wat zou jouw antwoord zijn?

Vele studies laten zien dat weinig mensen 'slechter dan gemiddeld' zullen zeggen, en een grote meerderheid zichzelf 'beter dan gemiddeld' in schat. Kortom, de meeste mensen denken dat ze bovengemiddelde rijcapaciteiten hebben ten opzichte van anderen. Als we 'autorijder' vervangen door 'belegger' verkrijg je een soortgelijk beeld: mensen denken dat ze betere beleggingscapaciteiten hebben dan de gemiddelde andere persoon.

Dit is wat psychologen de overconfidence bias noemen. De meeste mensen denken dat ze "beter dan gemiddeld" zijn; oftewel we hebben teveel zelfvertrouwen, iets wat zich manifesteert in vele domeinen van onze beslissingen: van autorijden, tot kansspelletjes, en van sportprestaties, tot beleggen. De bekende psycholoog Daniel Kahneman noemt deze bias ook wel 'de moeder van alle psychologische valkuilen'. Het lijkt ook iets te zijn wat we nodig hebben om te functioneren als mens: mensen die minder gevoelig zijn voor overconfidence lijken bijvoorbeeld vaker aan depressies te lijden.

Een belangrijke manifestatie van de overconfidence bias ligt in het domein van risico inschattingen. Stel je voor dat je denkt aan beleggen in aandelen en dat je het niveau van de AEX (of MSCI World) wil inschatten voor over 1 jaar. Wat is je beste inschatting van dat niveau? En wat is je inschatting van een ondergrens van de AEX zodat er een 10% kans is dat de AEX lager staat dan de ondergrens? En wat is je inschatting van een bovengrens van de AEX zodat er een 10% kans is dat de AEX hoger staat dan de bovengrens? (Tip: schrijf je antwoorden op en vergelijk ze met de realisatie over een jaar of met econometrische inschattingen).

In zulke vragen blijken de meeste beleggers de ondergrens te hoog in te schatten en de bovengrens te laag. Met andere woorden, we onderschatten het risico. Bijvoorbeeld, een redelijke inschatting op basis van econometrische technieken (die over het algemeen goed presteren voor het inschatten van volatiliteit) uitgaande van een huidig AEX niveau van 445 zou zijn een ondergrens van circa 185, en een bovengrens van circa 705. (Zat je goed?)

Overconfidence heeft substantiële consequenties voor beleggersgedrag. Zo leidt het vaak tot het onderschatten van risico's. Hierdoor zijn te zelfverzekerde beleggers geneigd meer risico te nemen dan ze eigenlijk zouden moeten nemen. Het frappante is dat dit toch goed uit kan pakken; over het algemeen kan men verwachten dat het nemen van meer risico leidt tot hoger verwachte rendementen (alhoewel dit niet overal in markten lijkt te gelden). Maar dit neemt niet weg dat teveel risico ook (zeer) slecht kan uitpakken (denk aan Nick Leeson en Jérôme Kerviel).

Overconfidence leidt verder tot het teveel vertrouwen hebben in eigen kennis. Bijvoorbeeld, we denken te snel dat we weten welk aandeel of welke beleggingscategorie het beter gaat doen dan de markt (bedenk dat er honderden analisten en beleggingsstrategen zijn die allemaal een soortgelijke call proberen te maken). Hierdoor zijn we geneigd te snel en ook te veel te handelen; overconfidence leidt tot veel turnover in beleggingsportefeuilles. Verschillende studies laten zien dat dit vaak niet ten goede komt aan performance, vooral door hogere transactiekosten die het gevolg zijn van de hogere turnover.

Kun je stappen ondernemen om de impact van overconfidence op je gedrag te verminderen?

Zeker. Ten eerste, wordt bewust van de overconfidence bias. Vraag jezelf af bij een beleggingsbeslissing of jouw kennis echt zo uniek is, en waarom jouw kennis beter is dan van de vele andere beleggers. Ten tweede, probeer je inschattingskracht te trainen. Genereer elke week of maand een inschatting van het interval waarbinnen een belegging kan staan over de komende week of maand en vergelijk de uitkomsten met de realisaties. Bekend is dat dit bij verschillende beroepsgroepen de grootte van de overconfidence bias hierdoor vermindert. Kortom, genereer ervaring met, en train jezelf in het voorspellen van marktkoersen.

Ten derde, richt je op redenen waarom een call fout zou kunnen zijn. Dit helpt over het algemeen om de onderschatting van jouw risico tegen te gaan. 'Een gewaarschuwd mens telt voor twee'!