Geen noodzakelijke correlatie tussen de olieprijs en de wereldwijde groei

Om de wereld te begrijpen creëren we verhaaltjes,” zegt Stuart Canning, Investment Specialist in het multi-asset team van M&G. “

Deze verhaaltjes vereenvoudigen de wereld en stellen ons in staat om gezag uit te stralen bij klanten en tijdens diners.”

Vandaag lijkt het verhaal te zijn dat China vertraagt, dat ze minder olie willen, dat daardoor de olieprijs naar omlaag gaat en dat dit slecht is voor Iedereen. Maar wat vertelde de olieprijs in het verleden over de wereldwijde groei ? Niet veel.

Als we de jaar op jaar cijfers bekijken dan zien we een gelijktijdige daling van de olieprijs en de groei in 2008, maar de correlatie lijkt zwak. Dat zou geen verrassing mogen zijn. Olie is maar één van de componenten (maar toch een belangrijke) van de wereldeconomie.

Vraag en aanbod zijn belangrijk en ze zorgen voor een verhoogde volatiliteit. Maar omdat de Chinese aandelenmarkt en de olieprijs op hetzelfde ogenblik gedaald zijn, hebben we vandaag ons verhaal aangepast om helemaal op de vraagzijde te focussen.

Er zijn in de wereld meer bedrijven die olie verbruiken dan zij die het produceren. De dalende olieprijs geeft de eersten ook een kostenvoordeel, net zoals aan privépersonen die gaan tanken. Dit is een goede zaak.

Zelfs als de olieprijs iets zegt over wat er zal gebeuren met de wereldwijde groei (of wat er gebeurd is), dan zijn er nog een aantal bijkomende overwegingen : het bbp staat niet gelijk met bedrijfswinsten, en de bedrijfswinsten op zich zeggen niets over de opbrengsten op de aandelenmarkten – behalve op zeer lange termijn. Verhaaltjes zijn plezant en geruststellend. Maar in de wereld van beleggen is het concept van Ockhams scheermes (de eenvoudigste uitleg is altijd de beste) niet altijd van toepassing.