Skagen: groei VS economie vertraagt

De groei van de Amerikaanse economie zal in de toekomst gematigd blijven. In 2005 tekende zich een duidelijke trendbreuk af, constateert Torgeir Høien van Skagen.

Teleurstellend herstel…

Torgeirhoien
Torgeir Høien

De jaarlijkse groei van het Amerikaanse BBP bedroeg van 1947 tot 1997 3,4%, van 1997 tot 2007 2,9% en tussen 2007 en 2009 kromp de economie met 4,2%. Vanaf Q2 2009 tot Q4 2016 bedroeg de groei op jaarbasis 2,1%.

Die gematigde groei na de recessie komt als een verrassing. De meeste economen verwachtten een periode van snelle groei tot het BBP terug op de historische trend was en dan een groeipad rond de 3%.

Als de economie was blijven groeien vergelijkbaar met de groei in de periode 1997-2007, dan zou het BBP 16% hoger liggen dan werd geregistreerd in Q4 2016.

Skagenbeleggen

… valt te wijten aan een lagere trendgroei

Het trage herstel wekt de indruk dat de VS is teruggevallen op een lagere trendgroei. Er is bewijs dat de trendbreuk al voor de recessie van 2008-2009 plaatsvond, rond het jaar 2005. De BBP -trendgroei wordt bepaald door aanbodzijde factoren:

  • totale factor productiviteit (TFP)
  • totaal aantal gewerkte uren
  • kapitaalvoorraad

    De stelling van Høien, op basis van de beschikbare data, is dat de groeitrend sinds 2005 rond de 1,5% op jaarbasis ligt.

    Scherpe daling totale factor productiviteit (TFP)

    De totale factor productiviteit (TFP) meet hoeveel de economie produceert bij een bepaalde hoeveelheid arbeid en kapitaal. Het is een graadmeter voor efficiëntie in de economie. Een stijgende TFP weerspiegelt het effect van nieuwe technologieën, betere instituties en competitieve, en internationaal toegankelijke, markten. Het is een bekend gegeven dat de TFP de belangrijkste groeifactor is sinds de vijftiger jaren en ongeveer de helft van de groei van het BBP bepaalt.

    Van 1948 tot 2005 groeide de TFP met 1,5% op jaarbasis. In de periode 1995-2005 was hij zelfs licht hoger: 1,7%, maar in de 10 jaar daarna is de groei van de TFP gedaald tot 0,4%. De magere groei van de TFP sinds 2005 suggereert dat de VS zich momenteel in een fase van lage groei bevindt en dat dat vooral te wijten is aan een terugval in de groei van de economische efficiëntie. Maar er bestaat geen consensus onder economen wat nou de precieze oorzaak is van die verlaging van de TFP sinds 2005.

    Beperkte stijging in aantal gewerkte uren

    Het totaal aantal gewerkte uren is van 1965 tot 1995 met 1,6% op jaarbasis gestegen - onder meer omdat baby-boomers volwassen werden en meer dan voorheen vrouwen zich op de arbeidsmarkt meldden. Van 1995 tot 2005 daalde de groei van het aantal gewerkte uren naar 0,8%, om sinds 2005 nog verder terug te zakken tot 0,4%. De belangrijkste verklaring hiervoor ligt in de vergrijzing van de beroepsbevolking. Door een vergrijzende bevolking neemt een kleiner deel van de bevolking deel aan het arbeidsproces. De arbeidsparticipatie stond op een hoogtepunt van 67,3% in 2000.

    In 2005 was hij gedaald naar 66% en naar 64,5% tijdens de recessiejaren 2008-2009. In 2013 was hij verder gedaald naar 63%. De gedaalde werkloosheid in de VS heeft niet geleid tot een stijging van de arbeidsparticipatie. Bij gebrek aan een nieuwe golf van immigranten lijkt een verdere daling van de arbeidsparticipatie aannemelijk.

    Kapitaalvoorraad groeit nauwelijks

    Van 1947 tot 2005 groeide de totale kapitaalvoorraad met gemiddeld 3,2% per jaar. Van 1995 tot 2005 bedroeg dit groeicijfer 2,9%. Maar sinds 2005 is de groei teruggevallen tot 1,3%. De groei van de kapitaalvoorraad wordt beïnvloed door de TFP en de beroepsbevolking. De kapitaalvoorraad bepaalt in hoge mate de arbeidsproductiviteit ofwel het BBP per gewerkt uur. De arbeidsproductiviteit groeide met gemiddeld 2,3% per jaar van 1947-2005, maar sinds 2005 is de gemiddelde groei nog maar 1,2%.

    Kortom, 2005 lijkt een keerpunt

    Rond 2005 is er iets gebeurd dat de groei van de TFP heeft geremd. Maar omdat nog altijd onduidelijk is wat de oorzaak hiervan is, is het ook onduidelijk wat de groei weer kan aanjagen. Het totaal aantal gewerkte uren is langzamer gaan groeien door waarschijnlijk een vergrijzende bevolking. De groei van de kapitaalvoorraad is vertraagd door afnemende groei van de efficiëntie en beperkte groei van de beroepsbevolking. De arbeidsproductiviteit, die wordt bepaald door de TFP en de kapitaalvoorraad, is toegenomen op slechts de helft van de snelheid waarmee het gemiddeld toenam tussen 1947 en 2005.

    Met een groei van de arbeidsproductiviteit met 1,2 % en het totale aantal gewerkte uren dat slechts stijgt met 0,4 % per jaar, beweegt volgens Høien de trendgroei van het BBP sinds 2005 rond de 1,5%. Als deze trend doorzet, zal - nu het herstel van de recessie van 2008-2009 voorbij lijkt te zijn - de groei van het Amerikaanse BBP in de toekomst gematigd blijven.

    Analist.nl Nieuwsdienst: +31 084-0032-842
    nieuws@analist.nl

    Copyright analist.nl B.V.
    All rights reserved. Any redistribution, duplication or archiving prohibited. Analist.nl doesn't warrant the accuracy of any News Content provided and shall not be liable for any errors, inaccuracies or for any actions taken in reliance thereon.