Sipef ziet meeste producties dalen

Het derde trimester werd gekenmerkt door goede palmolieproducties (+5,46%), gesteund op gunstige weersomstandigheden in de meeste locaties, en in lijn met de tendens van algemeen stijgende productievolumes in Zuidoost-Azië. Ondanks nog relatief lagere volumes (-1,0%) over het eerste semester van het jaar, overtreft de totale palmolieproductie per eind september deze van dezelfde periode vorig jaar al met 1,2%. Vooral de gevestigde plantages in de provincie Noord-Sumatra en de eigen arealen in Hargy Oil Palms in Papoea-Nieuw-Guinea genoten van groeibevorderende klimatologische omstandigheden. De olieextractiepercentages in de fabrieken van de groep zijn echter iets lager dan vorig jaar.

Volumes Sipef Q3 en 9m 2012

Sipef

Ook de jonge aanplanten van de UMW/TUM-plantages in Noord-Sumatra kenden een versnelde volumegroei en in Hargy Oil Palms kwamen de oogsten van de omliggende boeren opnieuw op kruissnelheid na een langdurig herstel ten gevolge van het grillige weerspatroon van het eerste trimester. De totale rubberproductie nam toe met 15,7% tegenover vorig jaar. Gunstige weerstendensen, gecombineerd met een optimalisatie van de tappersprocedures en van het stimulatieproces van de rubberbomen, garandeerden voor de SIPEF-groep in Sumatra een excellente rubberproductie (+25,0%) over de eerste negen maanden van het jaar. Voor de activiteiten in Papoea-Nieuw-Guinea echter bleef de dagelijkse aanvoer van ruwe rubber onderhevig aan een hoge gemiddelde neerslag die resulteerde in verloren tapdagen, en de lage prijzen zijn uiteraard geen stimulans voor de aankopen van derden. De stijgende volumes van afgewerkte rubber (+14,9%) zijn dan ook vooral het resultaat van de verwerking van de vorig jaar om kwaliteitsredenen opgebouwde voorraden ruwe grondstof.