Europese fabrikanten van geneesmiddelen en medische apparatuur zijn het meest kwetsbaar voor een eventuele handelsoorlog tussen Europa en de Verenigde Staten. Dat concludeert Europa’s grootste vermogensbeheerder Amundi. De auto-industrie wordt vaak als het grootste potentiële slachtoffer opgevoerd, weet aandelenstrateeg Ibra Wane, ‘maar sectoren als gezondheidszorg, voedsel, drank en tabak verdienen meer aandacht en onderzoek’.
Producenten van auto’s en auto-onderdelen die zijn opgenomen in de MSCI Europe, boeken 20% van hun omzet in de VS. Dat is gelijk aan het percentage voor de gehele index. Anders gezegd: de Europese auto-industrie is niet bovengemiddeld gevoelig voor hogere tarieven. Daar komt bij dat deze bedrijven niet enkel exporteren naar de VS, maar ook produceren in het land zelf en dus niet een op een getroffen worden door een handelsoorlog. VW, Mercedes en BMW produceren zelfs 61% van hun Amerikaanse afzet in dat land zelf. BMW is daarin een voorloper (het bedrijf exporteert zelfs vanuit de VS), VW een hekkensluiter met 38%.
Gemeten naar de absolute omzet in de VS scoort FiatChrysler het hoogst van alle bedrijven: in 2018 haalde de Italiaanse onderneming daar een omzet van ruim €62 miljard (56% van de totale omzet). Maar liefst 98% van de Amerikaanse verkopen betrof auto’s van eigen bodem, namelijk Chryslers. Als groep is FiatChrysler dus helemaal niet zo gevoelig voor hogere handelstarieven.
Zoals gezegd staan Europese farmaceuten en producenten van medische apparatuur bovenaan qua blootstelling aan de VS. Deze sectoren boeken respectievelijk gemiddeld 37% en 36% van hun omzet aan de overzijde van de oceaan. Ook de voedsel-, drank- en tabakssector (25%) is bovengemiddeld kwetsbaar, net als Europese producenten van technologische apparatuur, kapitaalgoederen en huishoudelijke producten. Amundi maakte een lijstje van de 30 meest kwetsbare beursgenoteerde bedrijven, zowel qua procentuele als absolute omzet in de VS. In het eerstgenoemde lijstje wordt de auto-industrie slechts vertegenwoordigd door FiatChrysler, en domineren producenten van kapitaalgoederen, medicijnen en medische apparatuur. In deze laatste categorie gaat het onder meer om Philips en concurrent Siemens Healthineers, die beide grofweg een derde van hun omzet behalen in de VS. Bij de farmaceuten gaat het om bekende namen as Roche, GlaxoSmithKline, Novartis, Sanofi en AstraZeneca.
Indien gekeken wordt naar de absolute omzet in de VS vallen veel kapitaalgoederenproducenten af en komen de autoproducenten in het vizier. Zoals gezegd staat FiatChrysler bovenaan, gevolgd door Mercedes-producent Daimler en Volkswagen. Nummer 4: Nestlé, dat bijna €24 miljard omzet in de VS, goed voor 30% van de totale omzet. In dit lijstje duiken meer producenten van voedsel en genotsmiddelen op, waaronder Unilever.
Mede door de dominantie van de farmaceutische industrie is Zwitserland zeer kwetsbaar voor een handelsoorlog. Zwitserse bedrijven in de MSCI Europe boeken 30% van hun omzet in de VS. Duitsland en het Verenigd Koninkrijk scoren eveneens hoog met resp. 22% en 23%. Nederland zit op 20%. Portugal en Oostenrijk (2%, 3%) zijn het minst gevoelig.