Schroders: tij voor Amerikaanse superbedrijven kan keren

Technologische innovatie, verhoogde fusies en overnames en lakse handhaving van antitrustwetten hebben de grootste Amerikaanse bedrijven in staat gesteld hun marktmacht te consolideren en abnormale winsten te genereren. Is hun dominantie een reden voor beleggers om zich zorgen te maken, vraagt Sean Markowitz, strateeg bij Schroders, zich af.

Concurrentie is een van de fundamenten onder een markteconomie. Het stimuleert bedrijven om de prijzen laag te houden, producten van betere kwaliteit te produceren en aantrekkelijke lonen te bieden. De afgelopen twee decennia zijn er echter tekenen die erop wijzen dat de concurrentie in de Amerikaanse economie is verzwakt.

Tij zou kunnen keren voor de grote Amerikaanse megacaps

Meer dan 75% van de Amerikaanse bedrijfssectoren is meer geconcentreerd geraakt, aangezien een handvol superbedrijven hun respectieve sector steeds meer domineren in termen van omzet, winst en rendement. Deze dominantie van enkele superbedrijven roept de vraag op of consumenten daar niet de dupe van zijn en de inkomensongelijkheid versterkt. Het brengt de mogelijkheid van regulering met zich mee, wat beleggers in deze bedrijven kan benadelen.

Concurrentie onder druk

Technologische innovatie heeft het concurrentielandschap op de schop genomen. Dit is vooral te zien in de IT-sector. Alphabet is goed voor 88% van alle online zoekactiviteit in de VS, Facebook controleert 42% van de sociale media en Apple (iOS) en Alphabet (Android) verdelen de markt voor mobile operating systems. Deze dominantie werpt enorm hoge toetredingsdrempels op. De concurrentie wordt nog meer verzwakt door de stortvloed aan acquisities en overnames. In de afgelopen drie decennia is het gemiddelde aantal Amerikaanse fusies en overnames per jaar gestegen van ongeveer 5.600 tot meer dan 10.000. Lakse mededingingsautoriteiten hebben de weg voor grote bedrijven gebaand om hun marktaandeel verder te consolideren.

Ongelijkheid neemt toe

De toegenomen marktmacht heeft Amerikaanse bedrijven geholpen om een groter deel van de economische taart te absorberen. Sinds de jaren negentig is het aandeel van de bedrijfswinsten in het BBP gestegen van ongeveer 6-8% tot 10-12% tegenwoordig. Het inkomensaandeel van de werknemers daarentegen daalt al drie decennia lang en is sinds de eeuwwisseling in een stroomversnelling geraakt met een daling van 64% naar 57%.

Deze herallocatie van output naar superbedrijven en weg van de werknemers heeft bijgedragen aan groeiende inkomensongelijkheid. Het rendement op aandelen is toegenomen naarmate de concentratie in de bedrijfssectoren groeide. Maar huishoudens met een laag inkomen halen een veel kleiner deel van hun vermogen uit aandelenbezit dan huishoudens met een hoog inkomen. Hoewel de concentratie in de bedrijfssectoren het rendement voor de aandeelhouders heeft verhoogd, zijn de voordelen dus niet gelijkelijk verdeeld over de Amerikaanse bevolking.

In de praktijk hebben passieve beleggers meer dan actieve beleggers geprofiteerd van de sterke marktprestaties van superbedrijven. Het probleem is nu dat met de toenemende concentratie op de Amerikaanse aandelenmarkt passieve beleggers meer risico's nemen dan zij zich realiseren en de blootstelling aan een mogelijke omkering van de markttrends groeit.

Wat kan het tij keren voor superbedrijven

De groeiende ontevredenheid over de stagnerende inkomens heeft bijgedragen tot de groei van het populisme in de VS en heeft geleid tot oproepen tot overheidsingrijpen. Toenemende regelgeving brengt aanzienlijke neerwaartse risico's met zich mee voor de omzetgroei, de winstmarges en de waarderingen van deze superbedrijven. In het verleden vielen regulerende maatregelen tegen bepaalde superbedrijven samen met lagere waarderingen en aandelenkoersen, en werden ze gevolgd door een afnemende omzetgroei. Het toenemende toezicht van de regelgevende instanties in de komende jaren zou de aandelenkoersen dus onder druk kunnen zetten, als er al sprake zou zijn van een toenemende controle door de regelgevende instanties.

Het is niet gezegd dat deze superbedrijven dominant zullen blijven. Ze zouden de Nokia of Blackberry van morgen kunnen zijn. Passieve beleggers zijn het meest blootgesteld aan dit risico. Maar een grondige analyse van individuele bedrijven en hun vooruitzichten kan beleggers helpen om de gevaren die voor hen liggen te beheersen